Geuren en kleuren

Na een paar weken reizen in Afrika en een hoofd (en telefoon) vol indrukken wil ik er toch graag eentje echt met je delen. En eigenlijk is het een hele grote. Die elke dag weer terugkwam. Wat het straatbeeld tekende, wat ieder mens daar typeerde, wat daar eigenlijk gewoon heel normaal is. Ik wil een moment met je delen.

Ik liep met mijn reisgenoten door Stonetown. Een stad op het eiland Zanzibar voor de kust van Tanzania. De meeste mensen bezoeken de stad voor de beroemde kruidenmark. Die zijn zeker een bezoek waard, prachtig die kleuren en geuren. We liepen daar dus met het idee gewoon wat rond te kijken. In een van de kleine straatjes van de stad kwamen we een enthousiaste local tegen (zie onderaan), die ons maar wat graag zijn winkel met kruiden en dergelijken laten zien. Wij waren echter nog afgeleid door twee jongetjes die en spelletje speelden met steentjes. Zo leuk, hoe ze met zo weinig zich zo wisten te vermaken!

Maar goed, wij daarna toch achter die man aan. Hij was zo enthousiast. Natuurlijk was hij eigenlijk bezig met zijn marketing. Maar hij vertelde veel. We gingen nog even zo door een straatje rechtdoor en daarna links en zo een beetje schuin bukken, want ja… daarachter was een speciale deur die we moesten zien. N

Maar met dat ik een beetje half buk – om onder de tassen van een tassenwinkeltje door te gaan- valt mijn oog op iets wat ik niet had verwacht. Ik bukte voor zo’n 50 tassen, die daar in rijtjes hingen. Ik pakte degene die zo opviel vast en trok hem tussen wat andere tassen vandaan naar voren. Het enige wat ik zei? “Kijk nou…” Wat zag ik dan?

Er hing een tas, een rugtas, blauw met geel. En in de boog van de rits, op het hoogste punt, stond met pen een naam. In blokletters. En ineens besef ik het: Deze tassen zijn al gebruikt?

Er had WILMA kunnen staan. Het had mijn bassischooltas kunnen zijn. Waar je moeder dan je naam op schrijft. Zo’n tas die zó vaak gebruikt wordt dat de stof al dunner en dunner wordt. Waar dan zo’n schoolgeur uit komt. Zo’n tas die je dan maar weggooit, omdat je een nieuwe koopt: eentje die er beter uitziet, weer fris is.

Maar wat wij weggooien, blijkt een tweede kans te krijgen. In dit geval in een winkeltje. In Afrika. En het belangrijkste: waar mensen er mega blij mee zijn. En de tas nog echt wel even meegaat.

Ik had mijn lesje weer geleerd. Ik gooi te snel wat weg. Ik gebruik niet alles tot het echt ‘op’ is. We gaan zo snel weer op wat nieuws, beters of anders over. Wat mij raakte is dat een ander (en ja, soms is dat dus een Afrikaan) nog kansen ziet in jouw spullen. Laten we die kansen eens wat vaker benutten. Laten we zoeken naar kansen voor spullen die we niet (meer) gebruiken. Die we weg willen doen. Die in jouw ogen niks meer waard zijn. Een ander kan er van genieten.

Daarna heb ik natuurlijk nog de beroemde kruidenmarkt van Stonetown bezocht. Die zijn zeker een bezoek waard, prachtig die kleuren en geuren.